Er is contact gelegd met tientallen voedselverwerkers. Daarvan zijn er zeventien geïnterviewd om in kaart te brengen hoe zij denken over het scheiden van de reststromen. De algemene tendens is dat men openstaat voor bio en de meerwaarde van het scheiden van restromen inziet. Echter komen uit het onderzoek een aantal vermeende obstakels naar boven; hoge investeringskosten, benodigde certificering, logistieke uitdagingen, en het ontbreken van stabiele verkooppartners. Voor een aantal bedrijven is het aandeel bio-productie in de totale productie te klein (<5%) met als gevolg een te laag rendement voor het scheiden van de biologische reststromen.
Toch is er zeker perspectief. Er komen steeds meer voedselproducenten voor wie biologisch een belangrijk onderdeel uitmaakt van de bedrijfsvisie. Deze bedrijven zetten steeds meer in op bio met een groter aandeel biologische productie. Ze zien de voordelen waaronder een verdere verduurzaming van het bedrijf en een mogelijke imago-boost. Ook krijgt men mogelijk een hogere prijs voor bio-reststromen. Wel zijn er veel vragen en onzekerheden. Geïnteresseerden in de transitie staan voor een grote uitdaging.