Mais is een echte ‘kalivreter’. Kalium is van belang voor de stevigheid van de plant, voor de werking van een groot aantal enzymen, voor het goed functioneren van (vocht-)transportfuncties in de plant en voor resistentie tegen ziektes en droogte. Normaal gesproken is drijfmest de grootste aanvoerpost van kalium, maar in geval van mais op scheurgrond wordt er dus nauwelijks dierlijke mest aangewend. Een goed gewas mais onttrekt ruim 250 kg kali per hectare. Dit wordt bij lange na niet gehaald met nalevering uit mineralisatie van de graszode. Uit onderstaande tabel blijkt dus dat er in alle gevallen veel te weinig kalium beschikbaar komt uit mineralisatie van de graszode. Bijbemesten met kalium is dus in alle gevallen noodzakelijk.
|
Zonder oogst 1ste snede
(kg K2O/ha)
|
Met oogst 1ste snede
(kg K2O/ha) |
Levering uit de stoppel |
65 |
27,5 |
Levering uit de wortels |
30 |
27,5 |
Totaal |
95 |
55 |
Tabel 2. Hoeveelheid kalium dat beschikbaar komt uit mineralisatie van gescheurd grasland.